Op maandagavond 15 juli had Eric Legnini de aftrap. Met zijn “Sing twice” project laat hij zien hoe veelzijdig hij is. Mij is niet helemaal duidelijk waar de term Sing Twice vandaan komt, ik gok de twee totaal verschillende zangers (m/v) die op het podium verschijnen. Zo zien ze we eerst Hugh Coltman op het podium die met een soort rock/blues act de toeschouwers weet te boeien. Zowel door zijn doorleefde stevige stem, als door zijn passievolle verschijning. Hij legt veel emotie in zijn optreden en dat werkt prima. Vooral “Snow falls” beviel me erg goed.Het pianospel van Legnini is hier degelijk en ondersteunend. Later gaat dit veranderen en komen er vele solo’s; ook van de anderen. Daarna komt deel 2. Hier staat ineens Mamani Keita (Mali) op het podium en gaan we van West Europese popmuziek over naar Afrikaanse muziek. Legnini laat hier zien een wereldreiziger in de muziek te zijn, want hij past zich moeiteloos aan. Een andere brede kijk op jazz van Legnini en daarom alleen al de moeite waard. Voor mij een prima optreden.
Na Legnini en co. de hoogste tijd voor Bobby Womack. Eerder moest Womack vanwege gezondheidsproblemen afzeggen en nu was het dan toch zover. Soul has come to Gent. We zouden het weten. Womack, in het achtergrondkoortje vergezeld door zijn dochter Ginare, zette een dijk van een optreden neer. Voornamelijk nummers van zijn recente album “The Bravest Man in the Universe” komen voorbij, maar uiteraard ook “Across 110th street”. Zijn verschijning is apart. Een muts, een zonnebril en een prachtige leren jas alsof ie zo weg is gelopen uit de Bronx. En altijd met een gevoel voor show. Het publiek wordt ondergedompeld in de muziek en in zijn schitterende stem. Op het podium een complete band. Een complete blazerssectie (die me goed beviel) en een achtergrondkoor waarbij 1 van de dames zo solo kan gaan optreden (wat een stem!). Dan zijn het weer soulnummers die de liefde beschrijven en alles wat er bij hoort en dan weer is het gospel. Maar altijd weer die schitterende stem. Zo iel als de man is (zeker als ie tussendoor zijn jas uit doet en de pet af..) zo mooi en vol de stem. Het publiek geniet en showman Womack weet daar perfect op in te spelen. “Is it allright? I feel like I wanna stay a little more…”. En doet nog een schitterend duet met de achtergrondzangeres Grayson, alsof de soultijden met Harold Melvin and the BlueNotes herleven. Bobby Womack kwam zag en overwon in Gent. Wat een ijzersterk optreden was dit.
Na de storm Womack die de tent in euforie achterliet, kwam een hele andere muzikant op het podium. Gelukkig was de muziek ook anders, zodat vergelijken niet nodig was. Wel stond de vraag open of hij ook de tent in vuur en vlam zou zetten. Het ging om niemand minder dan poplegende Bryan Ferry die tegenwoordig optreedt met een compleet orkest; The Bryan Ferry Orchestra en jazznummers uit de jaren 20 vorige eeuw speelt en ook oude Roxy Music (de band waarmee Ferry zo succesvol was. red.) nummers in een jazzsausje. Zo startten ze bijvoorbeeld met een muzikale versie van “Avalon”. Voor mij was dit even wennen moet ik zeggen. De band beviel me prima. Vooral de blazerssectie (Enrico Tomasso) speelde een perfecte rol. Ook “love is the drug” volgde in een jazzversie. De cover van Knockin’ on heavens door” vond ik minder. Daarna kwamen de klassieke popversies. Zo was “Jealous Guy” de moeite waard en dat liet het publiek ook merken. “Don’t stop the dance” en “Move on up” waren ook van die topnummers. Tussendoor veel ruimte voor solo’s en Ferry die regelmatig achterin energie moest tanken. Het was nog steeds diezelfde stijlvolle man die het publiek in de ban kon houden, maar er zat wat mij betreft wel sleet op. Met zijn stem haalde hij niet meer de volle dieptes die hem zo groot maakten in Roxy Music. En dat kon een schitterend orkest of een jazzvariant niet verhullen. Een leuk concert met een schitterende Ferry die muzikaal echter niet alles meer kon laten zien.
Geef een reactie